SV | En Ik, de HEERE, zal hun tot een God zijn; en Mijn knecht David zal Vorst zijn in het midden van hen, Ik, de HEERE, heb het gesproken. |
WLC | וַאֲנִ֣י יְהוָ֗ה אֶהְיֶ֤ה לָהֶם֙ לֵֽאלֹהִ֔ים וְעַבְדִּ֥י דָוִ֖ד נָשִׂ֣יא בְתֹוכָ֑ם אֲנִ֥י יְהוָ֖ה דִּבַּֽרְתִּי׃ |
Trans. | wa’ănî JHWH ’ehəyeh lâem lē’lōhîm wə‘aḇədî ḏāwiḏ nāśî’ ḇəṯwōḵām ’ănî JHWH dibarətî: |
En Ik, de HEERE, zal hun tot een God zijn; en Mijn knecht David zal Vorst zijn in het midden van hen, Ik, de HEERE, heb het gesproken.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En Ik, de HEERE, zal hun tot een God zijn; en Mijn knecht David zal Vorst zijn in het midden van hen, Ik, de HEERE, heb het gesproken.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!